Wie o wie is het deze week?
-
16 januari 2006
Geboren in 1954 in Amsterdam. Hij werd geïnspireerd door het pianospel van zijn oma, en hij krijgt dan ook al snel zelf pianolessen. Hij doet eindexamen in Breda, en studeert daarna muziekwetenschappen in Amsterdam. Hier doet hij zijn grote muzikale basiskennis op, wat hem later nog van pas zou komen.
In 1981 heeft hij zijn eerste theatervoorstelling. Bijna niemand heeft dat gezien, en dus heeft bijna niemand negatieve kritiek. Hij besluit daarom om door te gaan met theater, en in no-time ontwikkelt hij zijn geheel eigen stijl. Die bestaat voornamelijk uit het aan elkaar pingelen van muziekjes. Zo speelt hij bijvoorbeeld het Wilhelmus, maar halverwege gaat dat naadloos over in "Zie ginds komt de stoomboot". Hilarisch. Ook zijn unieke manier om hele volken te typeren is geniaal: alle Balkanlanden spelen zigeuner-polka-muziek, alle Duitstaligen natuurlijk Hoempa-Lederhosengejodel, en alle Fransen rochelen een beetje Je t'aime in de microfoon.
Maar zijn programma's zijn méér dan alleen stukjes muzikale virtuositeit. Tussendoor vertelt hij ook de ene kostelijke grap na de andere. Een mooi voorbeeld hiervan staat in zijn biografie op zijn website: als geboorteplaats geeft hij "Amsterdam, op de linkeroever van de Jordaan". Een echte dijenkletser is ook de volgende grap: "Hoe heet Duitse jazz? Jats, omdat ze het zo uitspreken". Zo. Daar kan zelfs Geth Saaikema nog een puntje aan zuigen!
Een derde aspect van zijn shows is de interactie met het publiek. Hij doet alsof hij niks voorbereid heeft, en vraagt het publiek om ideeën. Zo vraagt hij bijvoorbeeld "wat voor muziek hoort bij Napoleon?" Er wordt dan natuurlijk vanuit de zaal van alles geroepen: de Marseillaise, Jacques Brel, Gilbert Bécaud, Charles de Gaulle, Edith Piaf. Die zijn allemaal te moeilijk en passen niet in het programma. Gelukkig heeft onze knapperd een slimme truc achter de hand: hij doet dan net alsof iemand "Ravel" heeft geroepen, vraagt dan aan de zaal of ze iets kennen van Ravel (natuurlijk!), en speelt dan vol vuur en passie een stukje Bolero op zijn piano.
In 1989 treedt hij op in Duitsland bij het festival "Begegnung mit den Niederlanden". Dat was natuurlijk een succes: de Duitsers hebben al lang aangetoond dat ze kwaliteitswerk uit Nederland op zijn waarde weten te schatten. Niet voor niks zijn Jan Smitje en Rudi Carell waanzinnig populär bij onze oosterburen. Een voorbeeld van een enthousiaste kritiek:
Der Musikalclown
Der niederländische Entertainer und Klavierkomiker hat die musikalische Anarchie zu seinem Credo gemacht. In seinen Bühnenprogrammen wirbelt er in rasantem Tempo sämtliche Stile und Epochen der europäischen Musikgeschichte durcheinander und würzt seinen künstlerischen Parforceritt mit allerlei Anspielungen auf Zeitgeist und Zeitgenossen. Unsere hübsche Bube, der sich ohnehin mehr als Komiker denn als Pianist begreift, erweist sich bei seinen Auftritten als wahrer Improvisationskünstler, der sein Publikum stets direkt einbezieht. Das Prinzip seiner Show sei rein spaßorientiert: "Ich habe nichts vorbereitet, was wollen Sie hören?" Europäische Humorgrenzen vermag der Niederländer dabei nicht auszumachen.Daarna gaat het helemaal los met onze knapperd. Hij wint de ene prijs na de andere, zoals de Knorrhahn Preis, de Schwerte Kabarettpreis, en de prestigieuze Henrietta Award.
Inmiddels is hij aan zijn tiende programma toe, wat hij heel toepasselijk "De Negende" genoemd heeft. Het verschil met zijn vorige programma's? De naam. Maar voor zijn echte die-hard fans is dat geen probleem: die zijn nu eenmaal door hun begeleiders de zaal ingereden en kunnen toch niet zelfstandig wegkomen.